zondag 25 december 2016

Vlog: Atlantic Crossing Tsuru

We zijn er! (Al een paar dagen)

Een 11 minuten durende impressie van onze Atlantische oversteek:


maandag 19 december 2016

De squall

Elke hobby, elk beroep kent zo z'n eigen jargon. Zeilen, en meer specifiek oceaanzeilen, vormt hierop geen uitzondering. Zo gebruiken wij, binnen onze kleine community, talloze termen waarvan we ons nauwelijks meer realiseren dat we ze een half jaar geleden nog amper gehoord hadden. Sinds een week zijn we in de ban van de squall, iets waarvan je, naar ik vermoed, alleen de betekenis kent wanneer je oceaanzeiler bent of wilt zijn, of bovengemiddeld geïnteresseerd bent in het weer.

Een squall is eigenlijk niets meer of minder dan een bui die ontstaat boven de oceaan. In het orkaanseizoen zijn dit de buien die zich tot orkaan ontwikkelen, maar nu is het water daar te koud voor. De zeetemperatuur is ook maar 28 graden, dus, tja, brrrr! Afijn, geen orkanen dus, maar er kan behoorlijk wat wind en regen in zo'n bui zitten, en dat kan best gevaarlijk zijn als je niet oplet en er met vol tuig doorheen vaart. Het is dus zaak om een squall tijdig te herkennen en vervolgens de zeilvoering aan te passen.

De eerste anderhalve week was er geen vuiltje aan de lucht. Wel waren we alert, mede omdat een andere Nederlandse boot zijn giek verloren was tijdens een squall, toen ze niet op tijd hadden kunnen reven. De hele Nederlandse zeilclub was in rep en roer, via het 'netje' (het radionetje waarmee de anderen contact hebben met elkaar - wij niet, want we hebben geen zender) werden ervaringen uitgewisseld, mailtjes gingen over en weer. (Zo alleen ben je niet hoor, op de oceaan). Iedere wolk werd aan een grondige inspectie onderworpen: zit er iets in, of niet?

Gisteren was het voor ons zo ver: de eerste squalls dienden zich aan. Overdag alleen met regen, 's avonds en 's nachts ook met wind. We hadden al niet veel zeil staan, en met ons rolzeil is reven zo gepiept, maar het vereist wel een ander soort waakzaamheid dan de kookwekker op 20 minuten, even naar buiten kijken en weer een tukkie doen. Best vermoeiend dus! Het valt ons mee hoe goed we de squalls kunnen herkennen, zelfs in het pikkedonker. Ook als het pikkedonker is kan het nóg een tikkie donkerder. En je voelt het aan de lucht: de wind neemt toe en de lucht wordt kouder. Ik moest denken aan de Dementors van Harry Potter.

We zijn er maar druk mee. De zee lijkt ons een soort proeve van bekwaamheid af te nemen. Redden we het ook de laatste paar honderd mijl? De golven zijn onstuimiger, grilliger. Wat nog vrijwel nooit gebeurde overkwam ons vandaag al een handvol keren: een flinke golf in de kuip. Aangescherpt veiligheidsbeleid: altijd aangelijnd, ook overdag en in de kuip. Je weet maar nooit waar zo'n golf toe in staat is.

Accepteren en meebewegen. En goed blijven opletten.

donderdag 15 december 2016

Meebewegen

De supermaan kwam net op. Wat een schitterend schouwspel. Niets dan zee en golven, en dan ineens zo'n vaaloranje bol die langzaam boven de horizon piept. Hij verdwijnt steeds even achter een golf, tot hij zo hoog staat dat de golven er niet meer bij kunnen.

Vandaag was een goede dag. We lijken in een modus te komen waarin we de golven accepteren en het beste maken van 'meebewegen'. We proberen te voorspellen welke golf ons tot de hoogste snelheden zal brengen en juichen als we 10.8 kts zien verschijnen op de plotter. Vandaag was zo'n dag dat je je aan het einde ervan afvraagt wat je nu helemaal gedaan hebt, en dat dat gewoon prima is.

Niet alle dagen zijn zo. Een dag of twee, drie geleden schreef ik nog een berichtje dat ik maar niet geplaatst heb - jullie moeten immers wel het beeld houden dat het hier bijna altijd rozengeur en maneschijn is - waarin ik mijn frustratie beschreef. Golven die maar komen en komen en dan ook steeds weer op zo'n manier dat de zeilvoering er maar weinig invloed op heeft. De zoveelste blauwe plek omdat je onverwachts de boot doorgeslingerd wordt. Wéér nieuwe koffie kunnen zetten omdat de vorige mok door de boot gevlogen is. En alsof koffie zetten zo makkelijk is. Wel eens brood gebakken terwijl je in Joris en de Draak zit? Afijn, dat soort dingen. En het meest frustrerende: er is niets aan te doen. Accepteren en meebewegen.

De continue beweging is eigenlijk ook heel vermoeiend. Je lijf is continu, ook als je slaapt, aan het 'bijsturen'. Maar vandaag hadden we er geen last van. Vandaag was een goede dag. Vandaag stond het knopje 'accepteren en meebewegen' aan.

We zijn ruim over de helft en hebben nog een dag of 7 te gaan voor we een mooring hopen op te pikken in Domburg. Op de klotsbakgolven na gaat het prima. Goede wind, geen gekke dingen, en over het algemeen is iedereen goed te pruimen aan boord.

14 december, UTC 21.30u

zondag 11 december 2016

Vier

Vier mensen in een bootje zijn vier dagen onderweg en vieren dat ze een vierde van hun oceaanoversteek erop hebben zitten!

We deden dat met popcorn, tot groot genoegen van de jongste twee bemanningsleden.

Inmiddels (zaterdagavond 10 december) hebben we 550 mijl gevaren en nog 1380 te gaan. We varen gemiddeld 130 mijl per etmaal en dat is heel keurig. Momenteel gaan we veul harder, en zitten we op ruim 6 knopen per uur. We hebben al aardig gereefd, maar de wind en de golven willen ons vooruit hebben. We gaan als de spreekwoordelijke brandweer. Wel een dronken brandweer, want mán wat slingeren we. Het slapende deel van de bemanning - iedereen behalve ik - heeft daar niet zoveel last van, dus we laten het maar zo. Schiet tenminste lekker op.

Het gaat lekker! We slapen wat meer dan voorheen tijdens de nachtshifts (wekkertje op 20 minuten, even rondkijken en weer verder knorren), dat scheelt. Wel jammer dat ik zo geen steek verder kom met Game of Thrones, maar dat haal ik wel weer een andere keer in. En het vaste dagritme helpt ook enorm. Zo hebben de jongens inmiddels uitstekend door dat het om half 3 tijd is voor iets lekkers, en vragen ze dus nu niet meer om de haverklap: 'mag ik een snoehoepje?' maar: 'wanneer is het half 3?'. Michel en ik hebben ieder een middagdutje ingeroosterd, dus dat doen we trouw. We komen zelfs meer aan school toe dan normaal, het moet niet gekker worden.

Vissen
Even een apart kopje voor vissen. Te beginnen met het heuglijke feit: we hebben onze eerste zelfgevangen vis verorberd. Heer-lijk! We hebben twee babytonijntjes teruggegooid in zee en een gevecht met een haai (of gewoon een hele grote vis, maar zonder overdrijven was hij zeker een meter lang) verloren. Hij nam ons aas en de lijn mee. Een andere lijn gooide ik vandaag - overvallen door een gemene golf - samen met ons mooiste aasje overboord. Na 'oh nee oh nee oh nee!' volgden er een hoop lelijke woorden, en vervloekte ik het vissen (en mijn eigen onhandigheid) nog maar eens. De jongens keken gisteren een aflevering van Klokhuis over het vele plastic in de zee en ik vrees dat wij daar met al onze verloren aasjes en lijnen een flinke bijdrage aan geleverd hebben. Sorry... Afijn. Met nog een handvol aasjes en één overgebleven lijn denk ik dat het vissen over een dag of twee voor ons gedaan is. Hopelijk vangen we in de tussentijd nog wat.

Het overige zeeleven is weer wat beperkt. Op de eerste dag kregen we twee supergave dolfijnenshows, maar sindsdien bleef het stil. Vliegende vissen, dat is wat we zien. Elke ochtend weer één of twee zielloos op het dek. En gelukkig ook gewoon zo, in de lucht, scherend over het wateroppervlak. Zo af en toe zien we een vogel, dat blijft bijzonder, zo ver van de kust.

Maar verder is het Tsuru, wij vieren en eindeloze zee. De Grutte Grize vaart in de buurt, die zagen we vannacht in de vorm van een groen stipje aan de horizon. De olietanker die ons op 2,5 mijl passeerde was verder het enige schip in dagen dat we zagen.

We kabbelen rustig voort, de dagen rijgen zich aaneen. Flow, flow, flow...

dinsdag 6 december 2016

Daar gaan we dan!

De afgelopen week hebben we het geweldig gehad in Mindelo. De vraag hier is niet óf je gaat oversteken, maar wanneer. En soms nog waarnaartoe. Suriname??? Behalve zo'n beetje alle Nederlanders gaat daar amper iemand naartoe, St Lucia en Barbados zijn de meer voor de hand liggende bestemmingen. Op onze eerste avond hier zwaaiden we de Bluenose en de Bojangles uit, die ons beloofden klaar te zitten met het kerstdiner in Suriname, gisteren de Umniyama. De dagen kenmerkten zich door diensten en wederdiensten (iedereen takelde elkaar de mast in, bijvoorbeeld, en de haren van onze jongens werden geknipt), gezellige borrels en hamburgers met friet. We liggen met de voltallige kinderkaravaan aan een steiger, de Zahree houdt een oogje in het zeil van net om de hoek. Maar nu wordt het menens. Morgen vertrekken we voor de oceaanoversteek. Zoals ik al wel verwacht had groei je daarin mee, en is het eigenlijk niet eens zo'n groot ding meer. 2,5 week, hoeveel meer dan 1 week is dat nou helemaal?

Ik ben blij dat we via de Kaapverden zijn gegaan, zodat we een soort generale repetitie hadden. Minder blij  qua bevoorrading, verse groente en fruit is hier echt schaars en schreeuwend duur, op overrijpe papaya's en banana's na. Maar we doen ons best, kool is ook best lekker, we hebben veel blikvoer en hebben ons uitgebreid laten adviseren op gebied van vissen vangen, dus dat moet echt goed komen nu. We hebben een dagprogramma in elkaar gedraaid, thema's bedacht, en daarnaast natuurlijk alle belangrijke dingen als motoronderhoud en wassen draaien gedaan. En intussen kwam Sinterklaas ook nog even langs. We zijn er wel zo'n beetje klaar voor, denk ik.

Al moet ik toegeven... Twee weken geleden, toen we net op Sal waren, zocht ik nog naar vluchten naar Nederland waar ik mijn twee blaagjes op kon zetten. Met dat in gedachten vind ik het echt wel weer een uitdaging. Maar de weersvoorspellingen zijn goed, het gaat goed met ons, het gaat goed met de boot, dus... Waarom niet?

Maar goed, we kunnen stoer doen, er kan natuurlijk heel wat gebeuren onderweg. We zijn voorbereid, kennen de noodprocedures, en de kans dat het misgaat is nihil. Maar hallooo, we steken wel eventjes de oceaan over. We doen ons best!

Onderweg sturen we vast eens een blogje de wereld in. Mocht je echt serieus dringend contact met ons moeten hebben, of je al te veel zorgen maken, dan kun je onze directe familieleden (ouders/broers/zus) even benaderen. Zij weten waar we uithangen en hoe we te bereiken zijn.

En anders... See you on the other side!

zaterdag 3 december 2016

Snorkelen, varen, het goede leven

We liggen flink te rollen in de baai die zich eigenlijk geen baai mag noemen, meer gewoon 'kustlijn' van Sao Nicolau. Sinterklaaseiland. Natuurlijk komt de Goedheiligman ook hier weer een paar schoentjes vullen.

We zijn een beetje lamlendig, Michel heeft een buikvirusje te pakken, en we komen de eerste twee dagen niet eens aan land, behalve één snelle landing om broodjes te halen. Verder teren we op onze krimpende voorraden. Ook in inklaren hebben we geen zin, en we besluiten het uit- en later af te stellen. Niets aan het handje, geen haan die ernaar kraait. We plonzen wat in het het water rondom de boot, en verder doen we vooral heel rustig aan. We lazen laatst iets over reismoeheid, en dat is dit wel een beetje. Gewoon even geen zin om wéér uit te moeten vinden waar alles is, wat de lokale do's en don'ts zijn. Wij sluiten ons even op op de Tsuru.

Geen straf, met dit soort uitzichten. De Chronos, een Nederlandse boot, ligt een stukje verderop voor anker. 54 meter lang, voor 3500 euro mag je 10 dagen meezeilen. Geen klassieker: deze boot is in 2013 gebouwd.


De andere buurboot is wat bescheidener: de Freya van 10,5 meter, met plaats voor twee volwassenen en een peuter :)

De ankerbaai vanaf het stand. Jongetjes maken er een sport van om als eerste te hulp te schieten bij het landen van het bijbootje en verdienen een zakcentje met het 'bewaken' ervan.

Na een paar dagen komen we dan toch in de benen en hebben een heerlijke middag met de rest van de Nederlandse enclave. We strijken neer op het strand, net het hoekje om, en hebben de grootste lol met golfsurfen en zandkastelen bouwen.



Nog eens een dag later trekken we er met de voltallige kinderkaravaan op uit om de Monte Gordo, de 1300m hoge bergtop op het eiland, te beklimmen. Julian zit net tussen tafellaken en servet: te groot om gedragen te worden (zoals Melle van de Agaath en Coen van de Freya) en te klein om helemaal omhoog te klimmen (zoals zijn broer en de kinderen van de Grutte Grize), dus na een tijdje houdt hij het voor gezien en blijf ik met hem achter terwijl de rest dapper doorklautert. Na wat rusten klimmen we samen nog een stukje verder, en komen we bij een huisje waar niemand is, maar waar wel wat bankjes staan. Prima plekje! We spelen verstoppertje en tikkertje, kijken naar de vogeltjes, lopen nog eens een stukje, en na een uur of 1,5 a 2 staan ineens Jasper en Michel weer voor onze neus, snel gevolgd door de rest. Jasper is vol verhalen over de klim naar de top en - terecht - zo trots als een pauw!









Dan is het tijd om weer verder te gaan. Via Santa Luzia gaan we naar Mindelo, onze springplank richting Suriname. De pilot (reisgids voor zeilers) maakt van Santa Luzia een waar avontuur, een uitdaging die alleen aan te gaan is bij goede omstandigheden, en dan nog moet je van wind houden. We aarzelen dus even of we dit onbewoonde eiland aan zullen doen. Maar gokken erop, en dát was een goede gok. Wat een paradijsje! Er staat maar weinig wind, de deining is beduidend minder dan bij Sao Nicolau, en het is er prachtig. Het water is kraakhelder, we kunnen eenvoudig rotsen en zand onderscheiden op de bodem, wat het ankeren een stuk makkelijker maakt. Michel kijkt vanaf de boeg naar beneden en vertelt me waar ik de boot moet stilleggen (wat door het gebrek aan wind makkelijk gaat), en hop, daar gaat het anker erin. We kunnen niet wachten om er zelf ook in te duiken, snorkelsets paraat. Tijdens een snorkelrondje waarbij ik de camera niet meeneem (want batterij bijna leeg...) kom ik ineens oog in oog te staan met een zeeschildpad van ongeveer een halve meter groot. Wow! Prachtig dier! Hij nadert me tot een meter of 5 en gaat er dan als een haas vandoor.




Onderweg wordt er even een spelletje stratego (junior) gespeeld.



Het anker ligt half ingegraven, we vinden het goed genoeg. 


's Avonds wordt het pikkedonker, we wijzen de planeten en sterrenbeelden aan met behulp van het appje op mijn telefoon. Prachtig. Kunnen we hier niet nog heel lang blijven? Maar nee, Mindelo en Suriname lonken. We snorkelen nog een stukje, Michel poetst de romp en een stuk van het onderwaterschip en dan is het weer tijd om te gaan.












In Mindelo is het een gezellig weerzien met allerlei bekenden. De kinderkaravaan, maar ook andere boten die we al eerder ontmoetten. We vallen met onze neus in de boter en schuiven om 5 uur aan bij de Hollandse Borrel in de drijvende bar. De Bojangles en Bluenose vertrekken de volgende dag richting Suriname. De rest van de boten zal de komende tijd volgen.

Ook wij maken ons klaar voor vertrek, voorlopig koersen we op 6 december. De klussenlijst valt mee. We hebben de oude genua (die groter is dan de nieuwe en daarmee geschikter voor de voordewindse koersen die we vooral zullen varen) laten repareren, visgear gekocht, ontdekt waar we boodschappen kunnen doen en vaak in de speeltuin gespeeld. De loopfietsen van de jongens trekken veel bekijks, en menig Kaapverdiaans jongetje rijdt er een rondje op in de speeltuin.





zaterdag 26 november 2016

Cabo Verde - beating the odds

We kabbelden voort tijdens onze oversteek, met zowaar op de laatste dag nog wat meer wind. Ook weer flinke klotsgolven, dat dan weer wel. Je kunt niet alles hebben. De oversteek was niet helemaal wat we ervan verwacht hadden. Echt in het zennnnn ritme van golven, eten, waken, slapen kwamen we niet lekker. De jongens deden gezellig mee, dus het was af en toe best even pittig. Verder zagen we na de grienden op de eerste dag op een paar dolfijnen 's nachts geen enkel zeezoogdier meer langskomen. Voor het eerst op een lange tocht dat het zeeleven zich zo gedeisd hield. Jammer, want een paar springende dolfijnen fleuren de boel toch altijd weer even op. Wel zagen we grote groepen vliegende vissen, spectaculair! Net kleine vogeltjes, zoals ze vele meters net boven het water afleggen.

Het vissen hielden we (pas op de laatste dag, we zijn volhouders) na acht verdwenen aasjes voor gezien. Ik gooi pas weer een lijn uit als we fatsoenlijk visspul hebben. Oftewel, verbeterpunten voor de komende oversteek:

  • Terug naar het oude wachtschema 3-3-3-3. Nu was mijn laatste 'slaapdienst' van 7-10 uur, waardoor ik het gevoel had de halve dag alweer kwijt te zijn, en wachten van 4 uur zijn eigenlijk net wat te lang (we deden nu 4-4-3-3).
  • Strakker ritme, met ingebouwde rustmomenten voor ons, waarschijnlijk gewoon als dagritme op de muur geplakt, zodat het ook voor de jongens duidelijk is wanneer ze eten, school doen, onze onverdeelde aandacht krijgen of zich even zelf moeten vermaken.
  • Beter visspul.
Bye bye, La Gomera


De gennaker weet zelfs het minste zuchtje wind te benutten.

Zeilfie

Prachtige zonsondergang. 
Lekker kleien.



Zee, zee, niets dan zee.

Er moet natuurlijk ook gewoon gekookt worden. Pannenkoeken in de maak!

Recht zo die gaat!

Weer een zonsondergang tegemoet.


Sinterklaastijd! Twee Pietjes aan boord! De schoenen werden gezet, en zowaar nog gevuld ook!

Pepernoten bakken.

De laatste avond kregen we een verstekeling aan boord. Wat doet zo'n klein vogeltje 80 mijl uit de kust? Hij vond de schoolspullen maar interessant. Hij was al erg verzwakt, want zo tam als wat. De volgende ochtend, vlak voordat we Sal aanliepen, vonden we hem dood in de kuip. Hij kreeg een zeemansgraf.

Tijd voor het Kaapverdiaanse gastenvlaggetje. Zelf gemaakt, met dank aan de door Bou en Ika meegebrachte textielstiften. Daaronder hangt de gele Q-vlag, die je dient te voeren als je een nieuw land aandoet en nog niet ingeklaard bent.

Land in zicht!

Nog een verstekeling die het niet overleefd heeft: een vliegende vis.

En, wel verdiend, er mag een volgend land opengekrast worden!


En toen kwamen we op zondagochtend, bijna precies 7 dagen na vertrek, aan op Sal, in de baai bij Palmeira. We gooiden ons anker de grond in (3 keer, u kent het spreekwoord wel), en daar waren we: Afrika! (Again, maar dit is toch echt weer ander Afrika dan Marokko). Het Afrika, waar de zon altijd schijnt en waar het nooit regent. Uhmmmm... Volgens de statistieken zouden we zo'n 9 uur zon per dag moeten hebben, en in heel november 1 dag met regen. Ook hier is de klimaatverandering kennelijk voelbaar, want we hebben tot nu toe op één dag na elke dag regen gehad, en kijken vrijwel continu tegen een grauwe lucht aan. Af en toe grappen we cynisch dat we net zo goed in Nederland zouden kunnen zijn, maar hee, wie in Nederland heeft er vandaag een duik in zee genomen?
Ankerbiertje!

Een dag later kwamen ook de andere boten aan. We zagen ze al aankomen op de AIS en hadden broodjes voor ze gehaald. 's Avonds borrelden we eerst met de Agaath en de Zahree, en na het eten nog met de Freya bij de Grutte Grize. Onze kleine vertrekkerscommunity. We ontmoetten de Duitsers en hun Tsjechische opstapper van de Eden, die we onderweg steeds op de AIS hadden gezien, de Zweden die we nog kenden uit Rabat en de Fransen die naast ons lagen op Tenerife.
Storm is er weer klaar voor!

De Grutte Grize arriveert.

Even een rondje zwemmen.

En daar is ook de Freya.
De kinderen hier vinden het maar wat leuk om met die Nederlandse jongetjes te spelen. Een paar dagen later zegt Jasper zelfs een nieuw vriendje te hebben, een jongetje waarmee hij in de speeltuin op de glijbaan mee speelde.

De volgende dag nemen we een aluguer (iets tussen een taxi en een bus in) naar Espargos, het net iets grotere plaatsje een paar kilometer verderop. Het kleine busje wordt goed volgepropt, onder meer met een teil vol vis en een vers gevangen tonijn (zij wel!). In Espargos vinden we ijsjes, tot groot plezier van de jongens, en doen we wat boodschappen. De supermercado's zijn klein en niet al te best bevoorraad. Groente is schaars, want moet volledig worden geïmporteerd. Grotendeels koop je groenten in porties ingevroren. Net als vlees. Dat doen wij dus ook maar. Verder vinden we er wel tot onze grote verbazing Brinta. Maar ja, dat hebben we niet nodig, want groots ingeslagen in de Nederlandse winkel op Tenerife.

Wat leuk is om te zien is dat onze jongens heel goed doorhebben dat de kindjes hier lang niet zoveel speelgoed hebben als zij. Soms moeten we ze er even op wijzen. Een kindje dat met een autoband speelt, een ander die met een kruiwagen rondrijdt, een meisje dat muziek maakt met een conservenblik, een jongen die trommelt met een stok op een plastic bekertje. Ze zijn als een kind zo blij met ons afval waar het kapotte zwaard van Julian in zit. Daarop volgend zien we Jasper en Julian steeds vaker iets vinden waar ze 'muziek' mee te maken. En ook redenaties als 'wat moet je doen als je geen geld hebt om water te kopen?' zijn niet van de lucht.
Speeltuin! Ja, ook in Palmeira.

Espargos

Espargos

Espargos

Espargos

In Espargos hebben ze ijs!
Intussen wordt er ook hard aan school gewerkt.

Jasper maakt een poster over communicatie op de boot.

Terug in Palmeira treffen we de bemanningen van de andere Nederlandse boten. Michel sjeest nog even met Storm naar Tsuru om onze diepgevroren groente en vlees in de koelkast te stoppen, maar daarna kan het los. We hebben een heerlijke namiddag en avond, het bier vloeit rijkelijk en we vinden een eettentje waar we hamburgers en friet eten. Net na onze bestelling wordt er direct extra personeel opgetrommeld en we zien de aardappels voor de frietjes geschild worden, verser kan niet. De voetbal- en pooltafel zetten aan tot gezonde competitie en de kinderen spelen heerlijk met elkaar. Net wat die guppen van ons even nodig hadden - en wij ook. Ze missen hun vriendjes soms best.
Beetje donker, maar dit is hoe gezelligheid eruit ziet.
De dag daarop schijnt zowaar de zon! De Robert en Ties van de Grutte Grize komen even langs en zijn benieuwd hoeveel stroom we maken. Hulde aan Michel z'n voorbereidingen, want tot nu toe zijn wij de enigen die geen stroomissues hebben, we hebben met dank aan de zonnepanelen altijd genoeg, zelfs op bewolkte dagen. Het scheelt ook wel enorm dat we nieuwe, en dus zuinige apparatuur hebben, maar we hangen dagelijks de tablets, telefoons en de ipad aan de lader, vaak ook de laptops en als we onderweg zijn bakken we om de dag een brood in de machine. De waterkoker is een grote stroomslurper die ook wel een paar keer per dag aan staat.

Afijn, de zon schijnt dus. We gaan zwemmen! Ik ben benieuwd hoe het anker ligt, omdat we regelmatig iets horen wat op geschuur tegen rotsen lijkt, dus ik zet mijn snorkelmasker op en zwem ernaartoe. Het zicht is goed dus ik hoef niet te duiken om te zien hoe het anker op 6 meter diep belabberd ligt. Tussen twee rotsen, op z'n kant met de punt in een lus van touw. Michel neemt ook een kijkje en is not amused. We willen die middag vertrekken, dus het is wel even een dingetje: hoe gaat het anker loskomen? Michel doet nog een poging er naartoe te duiken en het los te wrikken, maar dan is 6 meter toch best diep. We besluiten het zo te laten en het erop te wagen. Michel doet wat laatste boodschappen, haalt 60 liter water en brengt het afval weg. We ruimen de boot op, en dan is het zo 4 uur.
Even het anker checken.

Ons uitzicht in Palmeira.

Als we die middag het anker op willen halen ligt het inderdaad goed vast, maar we zijn voorbereid. We varen er rustig overheen, en zowaar, het komt los. We groeten nog even de dames van de Agaath en Freya (de heren zijn op pad), en varen vervolgens achter de Grutte Grize aan richting Sao Nicolau, zo'n 16 uur varen. Er staat een mooie wind, en al gauw lopen we 5,5 a 6 knopen. Het duurt maar een paar uurtjes voordat we de Grutte Grize, die een half uur voor ons vertrok, ingehaald hebben. De wind neemt gedurende de nacht af, maar pas tegen de ochtend hoeft de motor aan, in de luwte van het eiland.


De zonsondergang tegemoet

Er ligt een groene waas over de bruine rotsen en we vragen ons af of dat door de regen van de afgelopen tijd komt. Wanneer we bijna onze bestemming hebben bereikt, zien we twee catamarans voor anker liggen in een baaitje met zandstrand. Dat ziet er aanlokkelijk uit! We ankeren tussen ze in en roeien naar het strand, waar we door een enorme surfgolf opgesmeten worden. Met dank aan de waterdichte tas zijn onze spullen droog gebleven. De jongens rennen direct het zandduin op en we struinen tussen de basalt rotsen. Wat een heerlijk plekje! Omdat we toch wat rollerig liggen besluiten we onze tocht na de lunch voort te zetten. Eindelijk zien we weer eens een groep dolfijnen.














We droppen ons anker bij Tarrafal, Sao Nicolau, en constateren dat we hier minstens zo rollerig liggen als in het vorige baaitje. We blijven lekker aan boord, want we zijn wel even gaar van een nachtje doorvaren. Morgen ontdekken we wel weer verder!