Twee maanden voor vertrek genieten we nog van de luxe van een weekje vakantie. Met dikke jassen en handschoenen aan rijden we zaterdag naar Noordschans. We bewonderen de vrijwel geheel nieuwe mast, maar stuiten al snel op een kleine teleurstelling: de bedrading is niet aangesloten. Bij navraag bleek dat ze de sleutel niet hadden kunnen vinden en dus niet naar binnen konden. Vreemd, want de sleutel hing keurig aan het juiste haakje op het kantoor. Afijn. De zeilen gehesen. Het inrollen van het grootzeil ging vrij stroef, maar dat deed nog geen alarmbellen rinkelen. Michel sloot de meest noodzakelijke draadjes aan, en de rest bungelde vrolijk in de kajuit.
Als we de volgende morgen koers zetten naar Bruinisse, merken we al gauw dat het uit- en inrollen van het zeil niet goed gaat. We besluiten terug te varen naar de haven. Daar is Michel een uur of twee bezig samen met de mastenmeneer. Conclusie: het euvel is nog niet gefixt, alle reparaties aan de mast ten spijt. Het rolmechanisme van het grootzeil (één van de weinige niet vervangen onderdelen) blijkt ook schade te hebben opgelopen en moet worden vervangen. En dat zal niet deze week gaan lukken. Weer een weekje zeilen zonder grootzeil dus.
|
Ochtend in Bruinisse |
Maar ach, dat mag de pret niet drukken. Rond 2 uur varen we alsnog richting Bruinisse. Dat is geen al te lange tocht, 18 mijl, maar wel met drie sluizen. Bij de Krammersluizen is het etenstijd. Een mooie gelegenheid om het eerste blikvoer te proberen: nasi. Dat is goed te doen, opgeleukt met een eitje, kroepoek en satésaus. Gaat op de meeneemlijst!
Het weer is inmiddels stukken beter dan de hele (winterse) week ervoor, maar het is nog flink koud. We zijn blij met ons kacheltje! En met het binnenzwembad. We blijven in Bruinisse, doen rustig aan en nemen een duik. Voor Jasper schaffen we een nieuw reddingsvest aan - die van Julian begint slijtage te vertonen, dus we schuiven door. Ze zijn er blij mee - en wij ook.
|
Blij met hun nieuwe reddingsvesten. En zonnebrillen. |
In de Grevelingen zijn verschillende kleine eilandjes waar je kunt overnachten. Dinsdag varen we met een mooi windje naar de Archipel, een groepje van 3 eilandjes. De jongens doen een halfslachtige poging tot krabben vangen en vermaken zich vervolgens met zand en water, wij zitten op een bankje en genieten van het uitzicht en een blikje bier. Hier kunnen we wel aan wennen! Dat doen we dan ook: woensdag pikken we opa en oma op om vervolgens naar het volgende eilandje te varen, de Ossenhoek. Tegen de avond varen we terug naar Brouwershaven en eten we een pizza, waarna opa en oma terugrijden naar Delft. We leggen de jongens in bed en varen vervolgens bij ondergaande zon terug naar het idyllische eilandje.
|
De krabben willen nog niet zo bijten. |
|
Een emmertje, wat zand, wat water, veel meer is er niet nodig. |
|
En als je broek nat wordt... Dan trek je hem gewoon uit! |
|
Tsuru bij een onbewoond eiland |
|
Een dag later kan de zwembroek aan! |
De zomer begint nu goed door te zetten. Het is bevrijdings- en hemelvaartsdag en de jongens spelen nu in hun zwembroek op het strandje. Jasper is de dapperste van de twee, hij gaat zwemmen in het (koude!!) water. Intussen zet ik me eens aan een klusje: het relingnet bevestigen. Het houdt me een paar uur zoet, en dan is de stuurboordzijde weer voorzien van een veiligheidsnet. De bakboordzijde pak ik een dag later aan, als we weer in Bruinisse liggen, en gaat aanzienlijk sneller. Ik heb nu door hoe ik het handig kan doen. Michel stort zich op een elektraklus: het aansluiten van de omvormer op de twee stopcontacten naast de kombuis. Weer een kruipdoor sluipdoor klus, maar met succes. Nu hebben we ook 220V als we niet aan de walstroom liggen, handig!
|
Inspectie van het voorzeil |
|
Hij doet 't. |
|
En ach, gelukkig hebben we de motor nog. |
|
En de zonnepanelen! Nu de omvormer aangesloten is, kunnen we al onze apparaten ook onderweg inpluggen. |
Het weekend is alweer bijna ten einde, als we besluiten er zo lang mogelijk van te profiteren. Zaterdag blijven we dus nog in Bruinisse en hebben we een heerlijke dag. We poetsen het dek tot het blinkt en glittert, en Jasper en Julian spelen in en bij het buitenzwembad. Als we 's avonds de laatste puntjes op de i zetten en het dek in de was zetten, worden we aangesproken door een meneer die ook een Dufour 36 classic heeft en in Noordschans ligt. Hij heeft ons herkend. Niet alleen vanuit de haven, maar ook uit het blad Zeilen, waar we genoemd worden in het artikel over de vertrekkers van 2016. Een klein beetje beroemd!
|
Het heerlijke zwembad met zandbak in de jachthaven van Bruinisse. Zand, water... Ze hebben het begrepen daar! |
|
Het dek poetsen, dat moet met blote voeten! |
Op moederdag verwennen de heren mij met een ontbijt op bed en twee zelfgemaakte boekjes. Ze glunderen van trots! Daarna is het tijd om weer terug te varen naar Noordschans. Wind tegen, dus op de motor. Het is druk bij de sluizen, maar we hebben steeds geluk en kunnen steeds vrijwel direct mee. Rond half vier komen we aan, en kan Michel direct naar de mastenmeneer met een lijstje van klussen die gedaan moeten worden. Naast het - nu echt - fixen van de mast, moet ook de boiler gemaakt worden. Die doet het al ongeveer een jaar niet meer, waardoor we alleen warm water hebben als de motor heeft gedraaid. Tot nu toe niet zo'n ramp, maar als we een jaar op de boot wonen is het toch wel handig om wél af en toe warm te kunnen douchen.
Met een pitstop bij de Mac rijden we terug naar Lent. In één week tijd is alles groen geworden. Het begin van de zomer, die voor ons als het goed is ruim een jaar zal duren!
Mooie voorbereidingstocht en leuk om jullie ervaringen te lezen. Op naar juli :-)
BeantwoordenVerwijderen