zaterdag 7 januari 2017

Suriname: natuurschoon, muggen en gezelligheid

Alweer twee en een halve week zijn we nu in Suriname. Eerst voor anker in Domburg, daarna aan een mooring en nu sinds een paar dagen een uurtje varen verderop, aan de steiger bij Marina Waterland. Weken die zich kenmerken door veel gezelligheid met de andere Nederlandse boten, muggen, warmte, prachtige natuur, slechte wegen en vriendelijke mensen. Wat ook heel bijzonder is, is dat je hier in de supermarkten gewoon allerlei Nederlandse producten kunt kopen. Van pannenkoekenmeel tot vanillevla, hagelslag en leverpastei, veelal van Nederlandse huismerken van diverse supermarkten.

Onze aankomst, ’s avonds op 20 december, was als een warm bad. Door de Bluenose en de Bojangles werden we ontvangen, en na een mislukte ankerpoging mochten we aanknopen bij de Bojangles. Dat scheelde ons een slapeloze nacht, en een slapeloze nacht was wel het laatste waar we op zaten te wachten na twee weken op zee. Na kort avonturen te hebben uitgewisseld (de verhalen van de Bojangles en de Bluenose zijn tamelijk heftig, je kunt het nalezen op hun blogs. Wij waren blij ze heelhuids te treffen.) dronken we een ankerbiertje en gingen we naar bed voor een heerlijke, hele nacht slaap.

Wijzer geworden na een half jaar reizen, besloten we het de eerste dagen zeer rustig aan te doen. Dat is fijn voor de jongens en fijn voor ons. Even acclimatiseren. Het is warm in Suriname, en vochtig. Er valt regelmatig een fikse bui, en bij de geringste inspanning breekt het zweet je uit. Het resort (wat wel een grote naam is hoor) beschikt over een zwembadje en een clubhuis annex restaurant. Zonder muren, want het is hier toch nooit koud. Het kleine pleintje dat het centrum van Domburg vormt telt een handvol eettentjes, waarvan er eigenlijk maar twee regelmatig open zijn. Daarnaast zijn er op loopafstand drie Chinese supermarkten. Dit vormde de eerste dagen onze actieradius, op een tripje naar Paramaribo na voor het officiële inklaren.
 
Aan de Bojangles vast op de Surinamerivier!

Storm is opgeblazen, op weg naar de kant!

Hoezee! Een speeltuin!

Domburg

Parbobier vloeit rijkelijk in Domburg. In heel Suriname eigenlijk.

Domburg

Domburg

Tsuru voor anker.

Het regent pijpenstelen...
En dat is hartstikke leuk!

We vangen heel veel water op.

De oogst van één buitje.


Eén van de vele oude Nederlandse stuwen die hier nog steeds staan

Domburg

Domburg

Domburg

We moesten namelijk naar drie verschillende adressen om papieren te laten checken en stempels te laten zetten. Dat deden we onder de vakkundige begeleiding van Harrie en zijn vriendin uit Rotterdam. Harrie is gepensioneerd maar rijdt graag blanken rond (locals liever niet, veel te gevaarlijk wegens de kans op overvallen). Zijn 70-jarige vriendin is een paar maanden op bezoek en durft niet alleen thuis te blijven, dus ging gezellig mee. Wij mochten gevieren op de achterbank van Harrie’s kleine autootje, terwijl hij ons over de opvallend slechte weg naar Paramaribo reed en ons van de ene naar de andere instantie loodste. Het verkeer zat wat tegen, maar wat wil je, zo vlak voor de kerst. Verder ging het allemaal behoorlijk vlot en wij waren blij dat we niet zelf hoefden te zoeken en ons door het drukke verkeer hoefden te worstelen.


Paramaribo
Onder moeders paraplu - inklaren bij de MAS (Maritieme Autoriteit Suriname).
We zien Harrie en zijn vriendin in de weken daarna nog regelmatig, als ze weer iemand naar de stad gaan brengen. Als we in Waterland zijn, en ik een flink stuk gelopen heb – het is echt in de middle of nowhere – hoor ik een auto naar me toeteren. Het is Harrie. Hij is onderweg om meneer Henk bij de marina op te halen, en kan het niet aanzien dat ik dat stuk nog helemaal moet lopen. “Kom zitten, kom zitten!” Ik schuif de auto met airco in, en informeer het bejaarde stel over het wel en wee van onze jongetjes. Harrie zet me netjes bij de ingang van de marina af. Meneer Henk staat al op hem te wachten.

Hoewel het inklaren allemaal aardig snel ging, waanden we ons wel terug in de jaren ’80 of vroege jaren ’90. De gebouwen, de papierwinkel, de taal. Debiteuren crediteuren is er niets bij. Ook luisterend naar de radio tijdens de autorit kregen we de indruk van een dorp dat ‘net doet alsof het een echt land is’. Natuurlijk is dat niet zo vreemd, want het doet vooral denken aan gemeentelijke of provinciale politiek, en Suriname heeft slechts een half miljoen inwoners, niet meer dan een flinke Nederlandse stad. En tegelijkertijd is het soms pijnlijk zichtbaar dat het slecht gaat met het land. De wegen zijn beroerd. Op de radio hoorden we dat de regering het niet nodig vond om een onderzoek in te stellen naar corruptie van één van de ministers, waar de oppositie om gevraagd had. Langs de rivier staan joekels van huizen, een eindje verderop zie je huisjes die niet veel meer dan krotten zijn. De inflatie is gigantisch, en normale boodschappen zijn daardoor voor de ‘gewone Surinamer’ niet meer te betalen.

Afijn, van het zwembad naar de bar naar de supermarkt en weer terug. Dat was dus een paar dagen lang ons rondje, waarin we nog weinig van die buitenwereld zagen. Intussen kwamen de Grutte Grize, Zahree, Agaath en Freya ook aan, heerlijk, de club weer compleet, net op tijd voor kerst. Op tweede kerstdag organiseerden we met de meeste boten een barbecue, razend gezellig! En toen hadden we het kleine rondje wel even gezien en werd het tijd voor actie.
 
Elke dag een plons in het zwembad.

Even skypen met het thuisfront.

Amerikaan Tom had voor elke boot een pakje onder de boom gelegd.

Gezelligheid in het clubhuis.

Het clubhuis :) 
Centrale plein van Domburg naast onze ankerplek



Een drukte van belang aan de dinghy-steiger.

Waar zand is, kan gespeeld worden.

We huurden een auto, een kleine en zeer aftandse 4x4 bracht ons vanaf nu overal waar we heen wilden. Met een gewone auto hadden we nooit de Brownsberg op kunnen rijden. Een 400 meter hoge ‘berg’ (wij noemen dat ook wel heuvel), waar je kunt uitkijken over het gigantische stuwmeer Brokopondo en als je geen twee kleine kinderen bij je hebt prachtige trails door het oerwoud en naar verschillende watervallen kunt lopen. De autorit was al bijzonder avontuurlijk: de onverharde weg zat vol diepe gaten, waarvan we niet goed konden zien hoe diep ze waren omdat er regenwater in zat. We zagen schitterende planten, vogels en vlinders voorbij komen. Eenmaal boven werden we hartelijk welkom geheten en werd ons met klem afgeraden om met de jongens een wandeltocht naar de watervallen te ondernemen. Véél te steil. Nu vermoed ik dat ik met het klimmen meer moeite zou hebben dan Jasper. We lieten ons snel overtuigen, en wandelden wat in de buurt van het ontvangstcentrum, waar ook de hutjes stonden waar je kunt overnachten. Michel en ik raakten betoverd door het prachtige uitzicht over het meer, terwijl de jongens het dichterbij zochten. Ze volgden een mierenspoor. Draagmieren, vertelde een medewerker ons, en die naam dekt de lading prima. In één nacht kunnen ze een hele boom kaal plukken. Het was geweldig leuk om de mieren te volgen. Soms splitste hun spoor zich. We ontdekten dat er blad-mieren en muesli-mieren waren, die zich op een zeker moment vermengden. We wierpen een blokkade op van stenen om te kijken hoe ze dit zouden oplossen. Fascinerend: er kwam een opstopping, maar toen we na een tijdje terugkwamen hadden ze een nieuwe weg gevonden. Alleen dat waren de mieren op de terugweg. De mieren op de heenweg raakten nog hopeloos verdwaald. We zagen één pienter exemplaar een nieuwe weg ontdekken, en al snel volgden de anderen ook.

Na de lunch maakten we ons op voor nog een kleine wandeling, en nog voor we goed en wel op weg waren wees de gids van een ander koppel ons op een stel slingerapen. Te gek om die zomaar in het wild te zien!

Rare vogels op de Brownsberg. 
Het Brokopondomeer



Brownsberg

Draagmieren

Op ontdekkingstocht in de jungle.

Ook hier zijn gewoon paddestoelen.


Aap!



De weg ernaartoe.



Brug vlakbij de stuwdam.

Waterkrachtcentrale




We bezochten nog de Paramaribo Zoo, een dierentuintje zoals we dat van vroeger kennen. De kinderen vonden het leuk, wij vooral zielig. Dieren in veel te kleine hokjes, en in de verte hoorden we continu geblaf van de honden in het naburige asiel. Ook het openluchtmuseum bij Fort Nieuw Amsterdam werd gekenmerkt door vergane glorie, maar daarnaast waren er mooie tentoonstellingen (Jasper keek gefascineerd naar een documentaire over de rol van Suriname in de Tweede Wereldoorlog – die neemt de hobby van zijn pa over) en is het bijzonder om oudhollandse huisjes terug te zien in een tropisch landschap. Bijzonder was ook het bezoek aan Fort Zeelandia, de plek waar de decembermoorden gepleegd werden, nu ingericht als museum over de geschiedenis van Suriname. Wat ons opvalt is dat Nederland en Nederlanders eigenlijk vooral positief benaderd worden, zowel in het dagelijks leven als in de musea die we bezochten. Daarnaast zien we veel uitingen die oproepen om trots te zijn op het land. Alsof dit lang niet vanzelfsprekend is.
 
Jasper kijkt gefascineerd naar een documentaire over de rol van Suriname in de Tweede Wereldoorlog (Fort Nieuw Amsterdam).

Het Kruithuis (1740, Fort Nieuw Amsterdam)

Nieuw Amsterdam

Nog een kruithuis, met op de voorgrond enorme leliebladeren. (Fort Nieuw Amsterdam)



Dit lichtschip ligt er al een tijdje...

Presidentieel paleis met 'kerstboom', Paramaribo

Paramaribo, bij Fort Zeelandia.

Fort Zeelandia

Monument voor de slachtoffers van de Decembermoorden.

Belangrijk onderdeel van de Surinaamse geschiedenis vindt zijn oorsprong op de plantages. We reden naar de Peperpot plantage, de eerste plantage die je tegenkomt als je over de brug over de Surinamerivier rijdt (Ballast Nedam heeft de brug gebouwd en heeft daar naar het schijnt 30 miljoen gulden smeergeld voor betaald  op een aanneemsom van 170 miljoen). Wonderlijk om te zien hoe de natuur het ooit gecultiveerde landschap heeft overgenomen, maar ook dat de koffieplanten nog steeds groeien, zonder dat daar iemand ook nog maar naar omgekeken heeft de afgelopen 80 jaar. De verkaveling is tussen de overwoekerende planten nog goed zichtbaar. We liepen over een korte trail en kwamen oog in oog te staan met een leguaan, of hagedis, we weten nog niet helemaal precies wat nu wat is, van een meter lang. Wow, wat gaaf! Verder nog wat kleine hagedisjes, maar daar zijn we inmiddels aan gewend. Toen we bijna terug waren bij het heel mooi ingerichte bezoekerscentrum, met informatie over de geschiedenis van de plantage, zag ik ineens de bladeren boven ons bewegen. Een doodshoofdaapje klauterde in de boom vlak naast ons! Alweer een aap gespot! Bij de haven horen we verder vaak brulapen in het oerwoud aan de overkant van de rivier.
 
Op pad met onze 4x4 bolide.

Natuurschoon bij de Peperpotplantage

Aan de wandel op de overwoekerde plantage wat nu een natuurpark is.

We zijn niet alleen...

Z'n kleine broertje.

En nog meer gezelschap!

Op oudjaarsdag trokken we er met de voltallige Hollandse enclave op uit. In twee korjalen (houten boten met een vette buitenboordmotor) voeren we naar Paramaribo, waar het oud en nieuw feest z’n hoogtepunt kent in de ochtend van oudjaarsdag. Knallen, knallen, knallen. We dompelden ons kort onder, waarna we met de kleine-kinder-boten weer fluks het knallende centrum uit wandelden om lekker te lunchen en daarna weer per korjaal terug te gaan naar de haven. Het plan was om nog even wat uit te rusten zodat de jongens het ook vol konden houden, maar ze plonsden zo lekker in het zwembad dat dat er niet meer zo van kwam. Jasper hield het prima vol, en genoot van het vuurwerk, dat de hele avond knalde. Zelf had hij wat knallertjes die je op de grond kon gooien, in iets andere vorm kende ik ze nog wel van vroeger. Rond 11 uur viel Julian in slaap, op een houten bankje. Met moeite kregen we hem tegen 12 uur weer wakker. De volwassen heren hadden de stoute schoenen aangetrokken en een flinke knaller en een pot prinsessenvuurwerk aangeschaft. Een stuk goedkoper dan thuis ;-) Ze genoten ervan. Maar de anticlimax was wel een beetje dat er om 12 uur niet, zoals thuis, prachtig vuurwerk afgestoken werd. Eigenlijk was het hoogtepunt al geweest.

Onderweg in de korjaal naar Paramaribo

De Goslar werd in 1940 door de Duitsers tot zinken gebracht. Hij ligt er nog, midden in de rivier pal voor het centrum van Paramaribo.
 



Veel mensen op de been om het geknal te zien en vooral te horen. De kinderen en ik droegen oordopjes :)

We zochten ons toevlucht in dit gezellige restaurant, waar we lunchten.
Nog een wandelingetje door de palmentuin.

Een wonderlijk bijschrift bij dit kunstwerk.
En toen gingen we alweer terug!


De heren kochten een 5500-knaller, om geheel in stijl het nieuwe jaar in te luiden.
Op nieuwjaarsdag deden we met de meeste boten mee met de nieuwjaarsduik, georganiseerd door Marina Waterland een eindje verderop. Getooid met unox-mutsen doken we het heerlijk warme water in. Ik vermoed dat dit onze eerste én laatste nieuwjaarsduik was!
 
De Nederlandse Zeilbotendelegatie






Het is heerlijk zo. Maar inmiddels begonnen we weer een beetje onrustig te worden. Elke dag aan de borrel gaat ook wat vervelen, en soms voelt het een beetje alsof we op een Hollandse camping staan. De playbackshow een paar avonden geleden hebben we stilletjes aan ons voorbij laten gaan. We besloten nog een paar dagen van de rust van Marina Waterland te gaan genieten. Hier kunnen we ook water tanken, de boot poetsen, (hand)wassen doen. En er zijn skelters voor de jongens, niet onbelangrijk. Maar intussen lonken ook de witte stranden en blauwe zee weer, en zijn we de muggen wel aardig zat. We gaan nog een paar dagen de Commewijne rivier op, om nog meer van Suriname te zien. Daarna zetten we koers naar Tobago!

1 opmerking:

  1. Weer een mooi en beeldend verslag. Inmiddels hebben jullie ook daar best veel gezien. Het zou mij te zweterig en muggerig zijn:) Ben benieuwd naar jullie volgende etappe. Veel plezier!

    BeantwoordenVerwijderen